oude ruïne, met os 1
28.4
Maria Valtorta:
'Ze gaan naar buiten en volgen de hotelmuur.
Ze slaan een weggetje in, dat tussen dit huis en enkele arme huizen in ligt.
Ze lopen langs de achterkant van het hotel.
Ze zoeken.
Hier zijn een soort grotten...
kelders, zou ik zeggen, in plaats van stallen...
ze zijn zo laag en vochtig.
De mooiste zijn al bezet.
Jozef stort in.
"Hoi! Galileër!" roept een oude man hem na.
"Daar benéden, onder die ruïne, daar is een hol! Misschien is daar nog niemand!"
Ze haasten zich naar dat 'hol'.
Het is maar een hol.
Tussen het puin
van een verwoest gebouw
bevindt zich een gat...
waarachter zich een grot bevindt,
een uitgraving in de berg
in plaats van een grot.
Dit lijken de fundamenten te zijn van het oude gebouw,
waarbij het puin, bezaaid met boomstammetjes,
die vers zijn omgehakt,
als dak dient.
Om beter te kunnen zien, aangezien er heel weinig licht is,
neemt Jozef tondel en staal en steekt een lampje aan
dat hij uit de tas haalt die over zijn schouder hangt.
Hij komt binnen en een gebrul begroet hem.
"Kom, Maria. Het is leeg.
Er is maar één os."
Jozef glimlacht.
"Beter dan niets!"
Reacties
Een reactie posten