1/7 voor rust: fysiek, moreel, spiritueel
125.2
Jezus zegt:
"Er wordt gezegd:
'Verricht eerlijk werk
en wijd de zevende dag aan de Heer en aan uw geest.'
Dit wordt gezegd met het Gebod van de Sabbatrust.
De mens is niet groter dan God.
En toch schiep God Zijn Creatie in zes dagen en rustte op de zevende.
Hoezo permitteert de mens zich dan om de Vader niet te imiteren,
en om Zijn Gebod niet te gehoorzamen?
Is het een dom Gebod?
Neen. Voorwaar het is een heilzaam Gebod!
Zowel in de orde van het vlees,
als in die van de moraal,
en van de geest.
Het vermoeide lichaam heeft rust nodig,
net als dat van elk ander geschapen wezen.
De os rust zacht, die op het veld wordt gebruikt,
en we laten hem rusten om hem niet te verliezen,
de ezel die ons draagt, het schaap dat ons lammeren en melk geeft.
De aarde van het veld rust zacht, en we laten het rusten,
zodat de boom/plant zich in de maanden dat er geen zaden zijn, kan voeden
en verzadigd raken met de zouten die uit de lucht op hem neerregenen
of die uit de grond komen.
De dieren en de planten,
die gehoorzamen aan de eeuwige wetten van wijze voortplanting,
rusten telkens uit, zelfs zonder onze goedkeuring te vragen.
Waarom wil de mens dan de Schepper niet imiteren,
die op de zevende dag rustte?
En evenmin zijn mindere, of die nu plantaardig of dierlijk is,
die zonder iets anders te hebben gekregen dan een instinctief bevel,
zich in overeenstemming ermee weet te reguleren
en eraan weet te gehoorzamen.
Het is behalve een fysiek ook een moreel Gebod.
Zes dagen lang behoorde de mens aan iedereen en alles toe.
Als een draad gevangen in het weefgetouwmechanisme,
ging hij op en neer, zonder ooit te kunnen zeggen:
"Vandaag zorg ik voor mezelf en voor mijn dierbaren.
Ik ben vader, en vandaag zijn er de kinderen.
Ik ben echtgenoot, en vandaag wijd ik mij aan mijn vrouw.
Ik ben broer of zus, en verheug me in mijn broers en mijn zussen.
Ik ben zoon of dochter, en ik zorg voor de oude dag van mijn ouders."
Het is een spiritueel Gebod.
Heilig is het werk.
Heiliger is de liefde/zijn de geliefden.
Het allerheiligste is God.
Onthoud dan
om minstens één dag van de zeven aan onze goede en heilige Vader te geven,
die ons het leven gaf en het in stand houdt.
Waarom behandelen we Hem minder
dan onze vader, onze kinderen, onze broers, onze vrouw,
en ons eigen lichaam?
Moge de dag des Heren de Zijne zijn!
Oh! hoe zoet het herstel, na een dag hard werken,
's avonds, in een huis vol genegenheid!
Wat fijn om het, na een lange reis, terug te zien!
Waarom dan niet, na zes dagen werken, herstellen
in het huis van onze Vader?
Waarom niet als de zoon zijn,
die terugkeert van een zesdaagse reis, en zeggen:
'Hier ben ik, om mijn rustdag door te brengen bij U'...?"
Reacties
Een reactie posten