preken 'tot de golven', in Caesarea Maritima
CLIV
IN CAESAREA MARITIMA
TOESPRAAK TOT DE GALEISLAVEN
EN ONTMOETING MET CLAUDIA PROCULA
154.1
Maria Valtorta:
'Jezus staat in het midden van een groot en prachtig plein,
dat doorloopt in een brede weg die bijna een verlenging van het plein is en tot aan de zeekust loopt.
Een galei moet zojuist de haven hebben verlaten en zet nu koers richting de wijde zee,
onder de kracht van de wind en de riemen.
Een andere is bezig met manoeuvreren om binnen te komen,
want de zeilen worden gestreken zijn en de riemen werken slechts aan één kant,
zodat het schip in een handige positie kan draaien.
De haven is vanaf het plein niet te zien.
Maar moet er wel dichtbij zijn.
Aan de zijkanten van het plein staan grote huizen opgesteld
met karakteristieke buitenmuren, die vrijwel geen openingen hebben.
Geen enkele winkel.
"Waar gaan we nu heen?
Jij wilde hierheen komen in plaats van naar de oostkant,
en dit is een plek vol heidenen! Wie wil Je dat er naar Je luistert?"
zegt Petrus berispend.
"Laten we daarheen gaan, naar die hoek richting zee.
Daar zal Ik spreken."
"Tot de golven!"
"Ook de golven zijn door God geschapen."
Ze gaan.
Nu zijn ze al bijna op de hoek
en zien de haven waar het eerder geziene schip
langzaam binnenvaart en vastgebonden wordt.
Een paar matrozen luieren op de kade.
Sommige fruitverkopers wagen het om naar het Romeinse schip toe te gaan
om hun goederen te verkopen.
Verder niets.'
Reacties
Een reactie posten