Jezus belooft officier naar Caesarea te komen
109.14
Maria Valtorta:
'"Denk aan Publius Quintillianus van Itálica [in Spanje].
Ik ben gelegerd in Caesarea. Maar nu ga ik naar Ptolemais [Akko]. Order inspectie.
"U bent Mij niet vijandig?"
"Ik? Ik ben de vijand van de kwaden. Nooit van de goeden.
En ik wil ook graag goed zijn.
Vertel eens: welke leer predikt U voor ons, mannen van het zwaard?
"Er is één leer, voor iedereen.
Rechtvaardigheid, eerlijkheid, zelfbeheersing, compassie.
Het uitoefenen van je ambt zonder misbruik.
Zelfs als wapens hard nodig zijn, blijf menselijk.
En probeer de Waarheid te kennen, d.w.z. de ene en eeuwige God.
Zonder deze kennis blijft elke handeling verstoken van genade
en dus van eeuwige beloning."
"Maar als ik dood ben,
wat doe ik er dan mee, met het goede dat ik gedaan heb?"
"Wie tot de ware God komt, vindt dat goede terug in het hiernamaals."
"Word ik herboren? Word ik tribuun of zelfs keizer?"
"Nee. Je wordt gelijk aan God, door te trouwen
met Zijn eeuwig gelukkigzaligheid in de hemel."
"He? In de Olympus, ik? Onder de goden?"
"Er zijn daar geen goden. Daar is alleen de ware God.
Die die Ik predik. Die die naar u luistert en uw goedheid opmerkt,
en uw verlangen om het Goede te leren kennen."
"Dit bevalt me!
Ik wist niet dat God zich kon bekommeren om een arme, heidense soldaat."
"Hij heeft u geschapen, Publius. Daarom houdt Hij van u,
en wil Hij u bij Hem hebben."
"Euh!... waarom niet?
Maar... niemand spreekt met ons over God... nooit..."
"Ik zal naar Caesarea komen en jullie zullen naar Mij luisteren."
"Oh! Já. En ik kom naar U luisteren! Daar is Nazareth...
Ik wil u graag verder nog van dienst zijn. Maar als ik gezien word..."
"Ik stijg af, en zegen u voor uw goedheid!"
"Dag, Meester."
"Moge de Heer zich aan jullie, soldaten, tonen.
Tot ziens!"'
Reacties
Een reactie posten